U bent hier
95 jaar SINT-LODE
KERKENPLAN/GEMEENSCHAP
Toespraak Erik Broeckx – 25/08/2024
Dankwoord
Ik wil vooraf de organisatoren van deze viering bedanken voor de uitnodiging en het feit dat ik hier het woord krijg. Als burgemeester zal ik trachten in mijn verhaal Kerk en Staat – zoals het hoort – gescheiden te houden, wat een hele uitdaging is. Zeker als jullie weten dat de vraag was of ik iets over het kerkenplan kan vertellen en over de rol van gemeenschapsvorming binnen een gemeente, binnen een stad.
Vooraf wil ik ook iedereen bedanken voor de grote inzet voor de werking van deze parochie de voorbije 95 jaar. Een gebeuren met een enorme impact op het maatschappelijke wijkgebeuren. Een oprecht dankjewel aan … zowel individuen, families, groepen, verenigingen, bewegingen, … Wat een prestatie! Voor velen van jullie was de parochiewerking een levenswerk mét een mooi resultaat.
Tijd van bezinning
Ik herinner mij nog levendig de tijd waarin de invloed van de ‘Kerk’ zeer groot was en ze voor een stuk ons sociale en maatschappelijke leven kleurde en bepaalde.
Sinds het midden van de jaren zestig en vooral in de jaren zeventig is de ontkerstening begonnen met als gevolg te veel kerken voor het steeds kleiner wordende aantal gelovigen, met eveneens een tekort aan priesters door het gebrek aan roepingen.
Ik las onlangs dat nog maar 5% van de Vlamingen naar de wekelijkse mis gaat. Van de burgerlijke huwelijken wordt slechts 20% gevolgd door een plechtigheid in een kerk. Daartegenover vindt wel 70% van de begrafenissen plaats in een parochiekerk.
Door de afname van de kerkpraktijk worden verschillende parochiekerken niet of veel minder religieus gebruikt. Het niet-gebruiken van kerkgebouwen kan op lange termijn tot verwaarlozing en verval leiden, terwijl meerdere andere maatschappelijke functies met plaatsgebrek kampen. Dit leidde tot het kerkenplan in Vlaanderen.
Hoog tijd - vond de Vlaamse overheid - om ons te bezinnen over de bestemming van de kerkgebouwen die Vlaanderen en bijgevolg onze stad rijk is.
De lokale kerkelijke en gemeentelijke overheden hebben van de Vlaamse overheid de opdracht gekregen om samen een globaal kerkenbeleidsplan op te maken voor hun gemeente in overleg met de gemeenteraad en de kerkelijke hiërarchie.
Een kerk is meer dan bakstenen
Vanwege de symboliek van een kerkgebouw dat in zijn functie als godshuis mensen samenbrengt om te bidden, te vieren, te gedenken en te rouwen, … bezitten kerken ook een belangrijke belevingswaarde die weinig tastbaar is, maar zeer aanwezig en die een belangrijke rol speelt. Dit aspect bepaalt mede de keuzes binnen een kerkplan, maar ook de traagheid van de vooruitgang.
Een kerk is meer dan een stapeling van bakstenen!
Vlaanderen heeft 1786 parochiekerken en die kosten steeds meer geld. In 2017 pasten de steden en gemeenten in Vlaanderen 68 miljoen euro bij om de tekorten van de kerkfabrieken aan te vullen. Goed en wel drie jaar later was dat bedrag bijna verdubbeld tot 127 miljoen euro. Vandaag benadert het tekort in heel Vlaanderen 200 miljoen euro. Besluit: hoe leger de kerken, hoe duurder het onderhoud …
In 2011 gaf toenmalig minister Geert Bourgeois (N-VA) het behoedzame signaal dat die stijgende kosten in tijden van ontkerkelijking nog moeilijk maatschappelijk te verantwoorden waren. Vandaag is het 13 jaar later … met relatief weinig beweging.
De Vlaamse regering wil vandaag meer vaart in dat kerkenplanproces. Het wil in elk geval voorkomen dat kerken leegstaan of onderkomen raken. Eén oplossing daarvoor is ze open te stellen en ze in gebruik te houden, in welke functie dan ook. Een gebouw dat in gebruik is, wordt immers onderhouden. ‘Wat hebben we aan een kerk waarvan de poort gesloten is en waar niemand meer binnen kan?’
Opmerkelijke signalen
Uit een laatste enquête bij burgemeesters met het thema ‘wat kan er met een kerk in de toekomst?’, antwoordden 1 op 3 burgemeesters. Zij gaven opmerkelijke signalen.
De meesten geven een zachte, recreatieve functie (68 procent) of een sociocultureel gebruik (54 procent) aan die in de lijn van de voormalige spirituele invulling ligt. Ook commercieel gebruik (47 procent) scoorde en wonen komt met 34% in beeld. Met ongeveer 19 procent valt een radicaal sloopscenario niet echt in de smaak.
Als wij vandaag op het terrein kijken, bevestigen recente toepassingen dat er veeleer geopteerd wordt voor ontmoetingsplaatsen. Er zijn enkele cultuurkerken, bibliotheekfilialen en kerken met school- en sportfuncties.
In Zwijnaarde creëerden architecten een sportkapel. Gent heeft een circusschool in een kerk. In de kerk van Kaaskerke (Diksmuide) kan men kamperen en in die van Hove is een planetarium gevestigd. In een kerk in Roeselare kan je naar de overdekte lokale markt en zo wordt het maatschappelijke aan het commerciële gekoppeld.
In een bierland als het onze moet het niet verbazen dat een commerciële brouwerijactiviteit als invulling overwogen wordt. In Wetteren ging een brouwerij van start in een kerk!
Wat nog meer uit de enquête blijkt, is dat het vrijmaken van religieuze gebouwen nog steeds gevoelig ligt. Een kwart van de burgemeesters zei dat ze de voorbije tien jaar een traject aflegden om een kerk opnieuw te bestemmen, maar dat niet konden afronden.
Een kerk is immers meer dan een stapeling van bakstenen!
Bij de buren
Wanneer we even bij de buren in Nederland kijken, merken we dat dit proces al heel wat verder staat. De Nederlanders zijn koploper in Europa. Zij kozen (nuchter en rationeel als zij zijn) vaak resoluut voor het bordje in de voortuin met de melding: TE KOOP.
Eén op vier Nederlandse gebedshuizen wordt niet langer gebruikt voor religieuze doeleinden. Van de 7100 kerken, synagogen, moskeeën en tempels in Nederland staat er 1 op 4 op het punt een nieuwe functie te krijgen.
In de gemeenten waar een kerk te koop staat, keuren de bewoners het verkopen af. Zij wensen eerst duidelijkheid over de nieuwe toekomst van HUN kerk.
Een concrete en gedragen invulling van de nieuwe bestemming speelt daarom ook een cruciale rol.
Wie verder inzoomt op de Nederlandse kerken met nieuwe bestemming, ziet dat bijna 40% van de gebouwen een socioculturele functie heeft gekregen, zoals een dorpshuis (parochiecentrum), bibliotheek, expositieruimte. Op de tweede plaats, met 30%, staat de functie ‘wonen’. Door de vergrijzing van de samenleving is ‘zorg’ een groeiende vorm van nieuw gebruik, maar vooralsnog vormt die maar 4% van het totaal aan opnieuw bestemde kerkgebouwen in Nederland.
Mortsel telt momenteel vijf parochiekerken: 2 met een A-statuut (behouden als religieuze tempel) en 3 met een B-statuut (een nieuwe bestemming als gevolg). Sint-Lodewijk heeft een B-statuut.
Dat betekent dat wij samen met de kerkelijke hiërarchie (en de buurtbewoners) in de volgende bestuursperiode keuzes moeten maken.
Wat de toekomst ook brengt, laten we onze kerken koesteren, welke bestemming ze in de toekomst ook krijgen en laten we bij voorkeur denken aan een nieuwe maatschappelijke invulling. Dat is volgens mij dé opdracht.
95 jaar leven
Sint-Lodewijk is natuurlijk niet alleen een kerkgebouw, nog veel belangrijker, het is ‘een gemeenschap’, een wijk waar het parochiale leven in al haar mogelijke facetten 95 jaar lang leefde en vooral nog steeds leeft.
Ja, de meeste aanwezigen zullen het beamen, de SINT-LODEWIJKPAROCHIE heeft het leven van velen bepaald! Dat doet ze vandaag trouwens nog altijd! Het is dan ook terecht dat de hele parochie met fierheid (en weemoed) terugblikt op het verleden.
Een parochie is een structuur van, voor en door een ruime gemeenschap rond een kerk. Je vindt er tal van mogelijkheden om te ontmoeten en samen activiteiten te doen. Het uiteindelijke doel is om tot een warmere samenleving voor iedereen te komen. Daartoe draagt elke actieve parochiaan zijn of haar steentje bij. De inspiratie hiervoor haalt de parochiaan uit zijn christelijke visie op mens en samenleving. Een samenleven waar zorg, solidariteit, rechtvaardigheid, gelijkwaardigheid en verbondenheid centraal staan. Kwetsbare groepen krijgen daardoor extra aandacht, zowel door individuele initiatieven, als en vooral door de vele sterke verenigingen die jullie telden en tellen.
Ook vandaag, na 95 jaar parochieleven (in een seculiere wereld), merken wij dat die waarden, die contacten en vriendschappen centraal staan.
Het aanbod aan activiteiten is, in vergelijking met andere wijken, verscheiden en relatief groot. Als wij samen vooruitkijken, zien wij grote uitdagingen waarop ik vandaag geen antwoord kan geven.
- Hoe ziet de toekomst van dat parochieleven binnen een kerkgemeenschap eruit?
- Hoe ziet het klassieke verenigingsleven in de toekomst in deze wijk eruit? Zijn er nog mensen die een trekkersrol willen spelen?
- Zal de nieuwe generatie bewoners van deze wijk, van deze stad, zich organiseren zoals jullie dat deden of vinden zij een nieuwe vorm van ‘verbinden’ uit?
- Heeft de overheid daarin een rol te spelen? Hoe blijven wij als stadsbestuur mensen (over alle generaties en in alle diversiteit) verbinden?
Ik kijk alvast nieuwsgierig uit naar die toekomst van deze wijk, deze stad en de rol van een stadsbestuur in dit verhaal van verbinding.
De toekomst
Al deze vragen zijn dé grote uitdagingen voor de toekomst. Ik stel voor dat wij op al deze vragen samen een antwoord zoeken tijdens de receptie.
Van één ding ben ik alvast overtuigd: het wijkleven, het verenigingsleven, het individuele maatschappelijke engagement, leiden tot het verbinden van mensen. Ook na vandaag is het de noodzakelijke cement van een goede samenleving.
Erik Broeckx
25.08.2024 Sint-Lodewijk