Basisbereikbaarheid - een Recht

Op 9 januari 2024

Met het decreet basisbereikbaarheid maakte de Vlaamse overheid in 2019 haar hernieuwde mobiliteitsvisie concreet. Met die visie, Hoppin, zet Vlaanderen in op efficiënter, duurzamer en flexibeler openbaar vervoer, afgestemd op ons fiets- en wegennetwerk. Zo zijn scholen, ziekenhuizen, bedrijfsterreinen, sportcentra, cultuurcentra en winkelcentra vlot bereikbaar voor iedereen. Onze N-VA-ploeg ging op onderzoek. Het schoentje knelt bij de leerlingen die naar huis moeten of die inwoner die moeilijk te been is. Basisbereikbaarheid blijft ook voor hen een recht!

 

Meten is weten

De afstand tussen de haltes Sint-Amedeus en Mortsel-Station van bus 51-52-53 is 400m. De volgende halte aan de Theofiel Reynlaan ligt op 1.1 km(!), want de halte aan de Sint-Lodewijkkerk is afgeschaft. Het GTI om de hoek wordt niet meer bediend.

“Volgens de bevoegde minister Lydia Peeters is er elke 750 m een halte. De wijk rond de Dieseghemhoeve wordt dus niet meer bediend”, zegt ons bestuurslid Jan Blommaert. De ingenieur in hem zegt echter dat zijn redenering niet juist is. “Er is wel degelijk een halte binnen de 750 m. Immers de verste afstand tot een van beide haltes is 1100 m. Deel je dat getal door twee, dan heb je 550 m. Ook al vertrek je aan het uiterste huis in de Anna Van Hoornstraat aan hoeve Dieseghem, is de afstand tot halte Theofiel Reynlaan 700 m. Dus klopt de redenering van de minister …” Maar … kijken we even naar de leerlingen die naar het GTI moeten. Of luisteren we naar de bewoners die minder mobiel zijn? Dan heb je een probleem. Een afstand van 700 meter met een rollator, is geen kattenpis.

We legden het probleem voor aan onze burgemeester. Die is alvast op de hoogte. Het college besprak het probleem. De halte is verdwenen op de webstek van De Lijn. “Dit gebeurde zonder ons weten”, zegt de burgemeester. “In de laatste bespreking met De Lijn enkele maanden geleden hebben wij gepleit om deze halte zeker te houden.”

De administratie vraagt alvast meer info op bij De Lijn.

Combimobiliteit

Centraal staat combimobiliteit. Dat wil zeggen dat u verschillende vervoermiddelen combineert om uw bestemming te bereiken. Denk aan trein, bus, tram, uw eigen wagen en fiets- of deelsystemen zoals een deelfiets of -wagen. Trein, bus en tram blijven vaste waarden. Op drukke verbindingen zet De Lijn in op snellere en frequentere bussen en trams. Op plaatsen waar er minder vraag is naar openbaar vervoer komt er flexvervoer: u reserveert dan vooraf een rit met de flexbus van De Lijn. Ook deelsystemen vormen een aanvulling op de bus- en tramverbindingen van De Lijn. Met een deelfiets- of wagen legt u vlot het eerste of laatste deel van uw traject af.

 

Dirk Brentjens

Voorzitter N-VA Mortsel

 

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is